Appeltaart voor de jarige

Appeltaart is mijn oerrecept. Het eerste wat ik leerde maken. Wat ik het meeste van alle recepten heb gemaakt. En mijn lievelingstaart.
We maakten (en ik maak) het elke verjaardag bij ons thuis. Als er veel visite kwam werd er ook nog kersenvlaai en appelkruimel gehaald bij een bepaalde oerhollandse winkel, die mijn vader dan speciaal ging halen met de auto (en als je geluk had mocht je mee, in je feestkleding alvast). Maar de appeltaart maakten we zelf.
Ik heb weleens ergens gelezen dat je vlak voordat het open huis is wanneer je je huis aan t verkopen bent, je een appeltaart moet bakken, omdat de geur van appeltaart aan huiselijkheid doet denken en de potentiële kopers dus warmer laat worden bij jouw huis. Ik begrijp dat helemaal. De geur van appeltaart is thuis.
Thuis & verjaardagen dus. En als de visite dan koos voor de appeltaart, en je hen een stuk had geserveerd op het servies met appeltjesdecoratie (jawel) en ze dan vroegen “heb jij dat gemaakt? lekker hoor”, nou dan was je verjaardag wel geslaagd hoor.
Dus speciaal voor mijn verjaardag, appeltaart:

voor het deeg:
250 gram bloem
175 gram roomboter (het is handig als je deze even van te voren uit de koelkast haalt, als ‘ie zacht is mixt t makkelijker)
125 gram basterdsuiker (wit)
1 zakje vanillesuiker
1 klein ei, losgeklopt (ga nou niet speciaal naar de supermarkt om kleine eieren te halen, neem gewoon t kleinste ei wat je hebt. en als ze nou allemaal mega zijn, dan neem je die.)

vulling:
ong. 1 kg harde, zure appelen zodat je ong. 750 gram geschilde appelen overhoudt
Even over de appelen: neem Goudreinet, dat is de beste appeltaartappel die er is. Ze zijn er helaas alleen in de herfst, dus mocht je in een ander jaargetijde appeltaart willen maken – dat kan, kijk dan even op het label van de appel dat ‘ie een beetje zuur is. Volgens mij heb ik weleens Elstar genomen.
40 gram rietsuiker
halve eetlepel kaneel
50 gram krenten en/of rozijnen (of meer) – samenstelling mag je laten afhangen van wat je nog hebt, of wat je lekkerder vindt
50 gram custardpoeder
paneermeel

dit is voor een springvorm van 24 cm diameter, dat is de standaard springvorm.

Zet de oven aan om voor te verwarmen:  hetelucht 175 graden, gewone oven 200, gas stand 3-4.
Bestrijk de springvorm met boter (met kwast of keukenpapiertje).
Doe de bloem, basterdsuiker, boter (in blokjes) en vanillesuiker in een kom, en doe driekwart (give or take) van het ei erbij. Kneed tot een samenhangend deeg – eerst met de mixer met deeghaken, dan met de hand verder. Houd een kwart tot 3/8 van het deeg achter (het officiële recept uit het ovenkookboek van mijn moeder zegt een kwart, wij namen altijd iets meer omdat je dat nodig blijkt te hebben, de laatste tijd neem ik weer ongeveer een kwart omdat ik te kort kwam voor de bodem. kortom: spelen met je eten mag.) Druk de helft van het overgebleven deeg (dus niet dat 1/4-3/8 deel) gelijkmatig uit over de bodem van de springvorm. Maak van de andere helft twee rollen (of meer) en leg deze langs de springvormrand, druk daarna aan tot een mooi opstaand randje. Zet de springvorm en het 1/4-3/8-restje op een koele plaats (koelkast).
Schil de appelen, verwijder klokhuizen en snijdt ze in partjes en dan in plakjes. (Dit hoeft niet precies, het moet gewoon in stukjes.) Doe de appels in een kom en meng de rietsuiker, kaneel, krenten/rozijnen en custardpoeder door. Door de custardpoeder krijg je soms gele/oranje vlekken op je appelschijfjes, dat geeft niet, zie je na het bakken niks meer van. (is gewoon een hoge concentratie custardpoeder, a.k.a. vlakleurig). Bestrooi de deegbodem met paneermeel (niet te veel, je wilt t niet proeven). Vul de springvorm met de appelmix, het midden moet iets hoger zijn dan de randjes.
Nou komt het leuke deel: rolletjes maken voor het ruitpatroon! Bestuif een snijplank of je aanrecht met bloem, en je handen ook. Neem een klein beetje deeg van het restje deeg wat je achter hebt gehouden. Rol het eerst tussen je handen tot het begin van een rolletje, en daarna verder op je gebloemde oppervlak. Als je je vingers tijdens het rollen een beetje uit elkaar beweegt, krijg je hele mooie gelijkmatige rolletjes. (Dit is even uitproberen, en ook lastig uitleggen zonder beeld. Gewoon vaak doen en dan komt het vanzelf. 😉 ) Leg de rolletjes eerst de ene kant op schuin over de taart, daarna de andere kant op, zodat je een ruitpatroon krijgt. Maak je niet druk over hoe netjes en precies het is, na het bakken ziet het er altijd prachtig en home-made uit. Eventueel restjes deeg kan je in een rolletje langs de rand van de springvorm leggen, zodat de eindjes van je ruitpatroon verstopt zijn. Bestrijk je mooie patroontje met de rest van het ei.
Bak de taart in 65 tot 75 minuten gaar en bruin. Laat hem afkoelen in de springvorm. Serveer met verjaardagskaarsjes aan de jarige en/of je visite. Hoor “oh, heb je die zelf gemaakt?!” en wees in je nopjes.